Op 12 februari is het Darwindag. Op die dag wordt de geboorte van Charles Darwin gevierd. Darwin was een wetenschapper die leefde van 1809-1882 in Engeland. Op zijn 22e ging hij met het schip de HMS Beagle op wereldreis. Over deze reis schreef hij het reisverslag ‘The Voyage of the Beagle’. Tijdens deze reis kwam hij in Zuid-Amerika verschillende fossielen tegen van dieren die waren uitgestorven. Hij verzamelde heel veel planten en dieren. Ook deed hij observaties van dieren die erg op elkaar leken, maar wel kleine verschillen hadden.
De bekendste voorbeelden hiervan zijn Darwin’s vinken. Dit is een groep van 18 soorten vogeltjes, waarvan een groot deel op de Galapagos eilanden leeft. Hij zag dat de vogeltjes erg op elkaar leken, maar dat hun snaveltjes allemaal anders waren. De snaveltjes bleken een aanpassing te zijn aan het soort voedsel dat de vogeltjes aten. Je kunt je voorstellen dat je voor het eten van harde noten een sterke snavel nodig hebt, om ze te kraken. Maar voor het eten van kleine beestjes heb je juist een dun puntig snaveltje nodig, zodat je bijvoorbeeld vliegjes kunt vangen.
Deze vondsten en observaties zette hem aan het denken over hoe de verschillende soorten zijn ontstaan. In combinatie met al bestaande theorieën van andere wetenschappers, zoals Alfred Russel Wallace, bedacht hij de evolutietheorie die hij beschreef in het boek ‘On the Origin of Species’. De theorie beschrijft hoe soorten voortkomen uit andere soorten door zich aan te passen aan veranderende omstandigheden. Het individu dat het best is aangepast aan bepaalde omstandigheden overleeft en kan zich voortplanten. Zo kan, over vele generaties, een nieuwe soort ontstaan.
Inmiddels is er met wetenschappelijk onderzoek aangetoond dat alle levende soorten zijn ontstaan door het proces van evolutie en dat dit proces ook in onze huidige tijd voor het ontstaan van nieuwe soorten zorgt. Er zijn bijvoorbeeld veel plant- en diersoorten die zich hebben aangepast aan het leven in de stad. En het blijkt dat dit proces veel sneller gaat dan Darwin indertijd dacht. Een voorbeeld hiervan in onze eigen wijk is de gierzwaluw. Vroeger maakten deze vrolijke vliegers hun nesten in oude rotswanden, tegenwoordig doen ze dat in oude huizen en kantoorgebouwen.
Veel mensen vinden het idee dat we van apen zouden afstammen een raar idee. Maar onlangs is er een leuk onderzoek gepubliceerd waarin werd aangetoond dat mensen de betekenis van de lichaamstaal van chimpansees heel goed kunnen begrijpen. En ook bleken veel van de gebaren die jonge kinderen maken, hetzelfde te zijn als die van chimpansees.
Persoonlijk vind ik het idee dat alle soorten op aarde aan elkaar verwant zijn een mooie gedachte. Ik denk dat als we ons meer verbonden voelen met de soorten om ons heen, we ook beter voor de wereld zullen zorgen.