Het is 3 uur ‘s nachts. Ik word wakker omdat mijn blaas niet kan wachten tot mijn wekker gaat. Ik sta op, loop naar de badkamer en doe mijn ding. Maar wanneer ik terug loop naar mijn kamer valt mijn oog op een zwarte vlek boven mijn deur. Ik ben meteen wakker wanneer tot me doordringt wat het is. Een gigantische zwart spin. In paniek schiet ik mijn kamer in. Het verbaast me altijd hoe snel ik kan bewegen in deze situaties.
Mijn zoon en ex liggen beide te slapen in hun eigen kamer maar het is uitgesloten dat ik nu nog mijn ogen dicht doe. Dat monster MOET weg. Dus hoe erg ik het ook vind… ik begin mijn ex te roepen. Hij kent me al een paar jaar en komt meteen naar me toe. Ik sta te hyperventileren terwijl hij de spin met een wc papiertje weghaalt en door het toilet spoelt. Ja, ik vind het ook niet leuk maar in dit huis worden spinnen vermoord.
Het duurt een half uur voor ik rustig genoeg ben om te gaan slapen en de dagen erna controleer ik dwangmatig de plek waar de spin zat, maar ook mijn bed en het plafond van mijn slaapkamer.
Deze tijd van het jaar is soms een hel voor mij. Overal spinnen. In de bushokjes hebben ze met z’n tienen bij elkaar hun webben gemaakt. Wanneer ik de voordeur uit ga, hangt er elke ochtend wel een kruisspin dwars over het pad, waardoor ik naar binnen moet om een bezem te pakken en zijn prachtige web stuk moet maken. Gelukkig raak ik alleen in paniek van die grote zwarte spinnen. En die zie ik niet zo vaak.
Misschien is het juist mijn “arachnophobie”, mijn angst voor spinnen, die er voor zorgt dat ik ze ontzettend interessant vind. Ik weet bijvoorbeeld best veel van verschillende tarantula soorten. En ik weet dat de uitspraak “ze zijn altijd met z’n tweeën” grote onzin is. Spinnen zijn namelijk ontzettend territoriaal, agressief en dulden geen soortgenoten in hun leefgebied. De reden dat je er soms twee in je huis ziet, is omdat spinnen maar een heel klein stukje van je huis of tuin als hun stekje beschouwen. Als er een andere spin de grens over durft te komen, is deze z’n leven niet zeker. Spinnen zijn namelijk ook kannibalen en zullen er niet over twijfelen een soortgenoot op te peuzelen.
Vooral mannetjes spinnen hebben het niet getroffen. Ze zijn kleiner en leven veel korter dan de vrouwtjes. En dan hebben ze ook nog de super gevaarlijke taak van het voortplanten. 9 van de 10 keer word het mannetje gedood na het paren. En als hij echt pech heeft en het vrouwtje een slechte bui… dan krijgt hij niet eens de kans om zich te bewijzen en doodt ze hem direct.
De afgelopen weken heeft de media geprobeerd om ons bang te maken met berichten over een gevaarlijke giftige spin, die nieuw zou zijn in Nederland. Dit is zo ontzettend opgeblazen. En absoluut niet waar. De valse wolfspin is niet nieuw. Hij is hier al heel lang. En hij is giftig, dat klopt. Alle spinnen zijn namelijk giftig. Ze gebruiken dat gif om hun prooi te verlammen en op te kunnen eten. Maar ze zijn niet gevaarlijk voor mensen. Zelfs niet voor kinderen of ouderen, zoals bijvoorbeeld de zwarte weduwe of de trechterspin dat is. En die zal je hier in het wild echt niet tegenkomen. Een spinnenbeet hier staat eigenlijk gelijk aan de steek van een wesp. Niet prettig maar ongevaarlijk, tenzij je allergisch bent. Gelukkig is dat eerder een uitzondering dan de norm. Geen zorgen dus.
Het enige probleem en dat is het enige waar ik soms echt van wakker lig… is dat de valse wolfspin groot is. Groter nog dan het monster dat een paar weken geleden boven mijn deur zat. Misschien verhuis ik toch maar naar de Noordpool.
Foto: Christoph Schütz via Pixabay